Zo’n vijftien jaar geleden kwam ik op het idee om eens te gaan proberen op mijn kop te staan. Ik regelde een boek over yoga en zag daarin een beschrijving staan hoe je dat moest doen.
Ik probeerde het en viel promp met een smak op de grond. Meteen de eerste keer en de volgende vijftig keer evengoed. Ik dacht dat ik een kussen onder mijn hoofd moest leggen om geen pijn op mijn hoofd te krijgen. Dat bleek nu net de reden te zijn waarom ik nooit in de goede positie kon komen.
Ik had niemand in de buurt die me daarop kon wijzen en dan kan het lang duren voordat je daar achter komt. We hadden net een nieuwe laminaatvloer in de kamer en daar viel ik steeds met een stevige klap op. Ik oefende wanneer mijn vrouw niet in de buurt was want anders kreeg ik iedere keer verwijten van haar te horen, dat ik gek was en geen respect voor mijn lichaam had en zo.
Toen ik erachter kwam dat mijn hoofd en mijn ellebogen op hetzelfde niveau dienden te staan en ik dus zeker geen kussen onder mijn hoofd moest hebben ging het beter.
Gaandeweg kon ik recht blijven staan. Eerst tegen de muur en later vrijstaand in de kamer. Ik las er nog eens over en zag dat de benaming voor deze houding Sirsasana is en dat er in India monniken zijn die tot drie uur achtereen op hun hoofd konden staan. Dat leek me ongelooflijk. Hoe moesten de nekwervels hiermee omgaan en is de bloeddruk in de hersenen niet te hoog en daardoor schadelijk?
Ik wist het niet maar vond het een leuke nieuwe uitdaging om eens te kijken hoelang ik het zou kunnen. Ik probeerde het en kwam tot vijf minuten.
Als je op je hoofd staat ben je erg beperkt in je waarnemingen: je ziet maar weinig en je kunt je hoofd niet echt lekker ronddraaien. De tijd gaat dan erg lang duren.
Ik had mijn horloge recht voor mijn ogen om de tijd te kunnen volgen en was steeds maar naar de secondewijzer aan het kijken. De tijd gaat dan heel lang duren.
Een minuut duurt een eeuwigheid, lijkt het wel. Het heeft erg lang geduurd voordat ik besefte dat ik niet de hele tijd naar de klok moet kijken.
Toen ging ik ook op het strand op mijn hoofd staan, op vacantie in Zeeland. We hadden daar een stacaravan en ik had een vast plekje op het strand. Op het strand waar geen kleding nodig was. Het strand is daar erg breed, de mensen lopen langs het water waar het zand vochtig en niet mul is en ik had mijn stekje een eindje verder, langs de duinen. Daar stond ik ondersteboven zodat mijn voetzolen ook bruin konden worden.
Het is heel grappig om te zien hoe raar de wandelaars langs de waterkant lopen: ze lopen ondersteboven. Ik heb hierbij een probleem en dat zit tussen mijn oren: dat ik denk dat de mensen denken dat ik dat doe om zonodig op te moeten vallen. En dat terwijl ik veel liever heb dat niemand me ziet.
Ik ging altijd eerst in het water en ging dan nat in de Sirsasana-houding en liet me door de zon opdrogen. De waterdruppels druppelen dan van beneden naar boven, voor mijn gevoel. Dat is ook een grappige ervaring. Ook als het eigenlijk niet warm genoeg was om in zee te gaan deed ik dat toch om dit grappige effect te voelen.
Daar kwam ik meestal tot een tijdsduur van tien minuten. In die tijd maakte ik hiervan deze glas-in-lood afbeelding:
Ik probeerde weer eens uit hoelang ik het kon volhouden en kwam tot vijfendertig minuten. Bij deze tijdsduur begonnen mijn nekspieren zodanig op te spelen dat ik het raadzaam vond om ermee te stoppen. Daarnaast was het ook qua geduld nauwelijks vol te houden om zolang niets te kunnen doen, die tijd duurde ontzettend lang.
Daarna ben ik gaan oefenen met pranayama tegelijk met de hoofdstand. Er zijn allerlei ademshalingsoefeningen en die zijn een heel geschikte bezigheid bij zoiets. De adem gaat maar heel langzaam, er is weinig zuurstof nodig als je helemaal niet beweegt. Alleen een paar spieren die voor het evenwicht nodig zijn, zijn actief.
Ik doe dan alleen de buikademhaling en kom dan tot niet meer dan zes tot drie ademhalingen per minuut. Grappig is ook dat de buik beweegt van helemaal ingetrokken tot bol endat deze verandering van de gewichtsverdeling weinig effect heeft op het evenwicht.
Ik doe de hoofdstand zeker een keer per week en met name in de zomer. Op vacantie in Frankrijk was onze camping in een bos met een meertje. Daar deed ik ook iedere dag yoga-oefeningen.
De laatste tijd probeer ik te mediteren terwijl ik zo sta, afgewisseld met ademhalingsoefeningen. Nu ik dit al zo’n vijftien jaar doe begin ik er steeds meer een behoefte aan te krijgen om het te doen. Waarom dat zo is, daar ben ik nog niet achter.